Toen de 16-jarige Johan Coenen vertelde dat hij wou wielrenner worden, was dat moeilijk te geloven. Deze jonge man was eigenlijk niet zo sportief, nergens heel goed in, en veel te braaf voor zo een harde sport.
Toch slaagde Johan erin om op de koude eerste zondag van het wielerseizoen 1994 zijn eerste koers bij de nieuwelingen te winnen en hij deed dit zelfs in een massasprint. Dit was voor zijn familie een teken en van toen af werd in het huisgezin Coenen als gezet op het wielrennen.
Vader en moeder, mensen met geen enkele binding met het wielermilieu, zorgden dat zij alles te weten kwamen over hoe de wielersport in mekaar zit, en zij gingen daarvoor luisteren naar de gepaste mensen en speurden diep op internet. Johan groeide van jaar tot jaar, terwijl hij ook nauwkeurig studeerde voor boekhouder. Hij werd een vaste waarde in het nationale profpeloton.
Hopelijk wordt 2006 het jaar van zijn doorbraak.
Ietsje meer dan veel anderen begrijpen de Coenen's ondertussen van 'koers'.
Reeds tijdens een wandeling in de Hoge Venen, in december 1999, sprak vader Coenen zo: 'Samen met Johan, die het op de fiets moet waarmaken, doen wij er inderdaad 100 % voor en meer kunnen wij echt niet, maar André Boonen en zijn vrouw, die doen er 300 % voor en geloof me, hun Tom zal torenhoog boven allen komen te staan. Wilfried Journée